In een eerdere blog zijn we ingegaan op het isoleren van de vloer zonder kruipruimte. Het kan natuurlijk ook zo zijn dat er wel een kruipruimte is, maar dat deze slecht toegankelijk is. Dit kan zijn doordat de kruipruimte heel laag is, of doordat deze geen ingang heeft. Als je dan toch de bodem of vloer van onderaf wil isoleren, dan zul je deze eerst goed toegankelijk moeten maken. Dit kan door bijvoorbeeld door een doorgang te laten maken, of door de kruipruimte uit te laten zuigen of graven. Is dit niet mogelijk of zijn de kosten hiervan te hoog, dan is het een optie om te isoleren zonder kruipruimte. Handig om te weten: bij bodemisolatie wordt de bodem van de kruipruimte geïsoleerd met als voornaamste doel het tegengaan van vochtproblemen. Met vloerisolatie wordt het aanbrengen van isolatiemateriaal aan de boven- of onderkant van de vloer bedoeld, om zo de thermische en/of akoestische eigenschappen van de vloer te verbeteren.

Een kruipruimte is altijd onverwarmd en trekt daardoor vocht aan. Dit kan ervoor zorgen dat de rest van het huis ook vochtig wordt en er na verloop van tijd een muffe geur in huis hangt. Door de bodem te isoleren wordt de kruipruimte minder vochtig, waardoor het ook in huis minder vochtig zal zijn. Het zal in de zomer ook een geringe thermische isolatiewaarde hebben, maar in de winter werkt bodemisolatie in veel gevallen zelfs averechts. Normaal gesproken neemt de kruipruimtebodem namelijk warmte op in de zomer en staat deze warmte in de winter weer af. Deze warmte wordt dan opgenomen door de funderingsmuren. Bij bodemisolatie wordt dit proces verhinderd waardoor er in de winter geen warmte wordt afgegeven aan de funderingsmuren en er harder gestookt moet worden om het huis goed te verwarmen. Wij adviseren daarom om bij een vochtprobleem alleen een vochtwerend bodemfolie te gebruiken dat geen isolatiewaarde heeft. Het gebruik hiervan zal de luchtvochtigheid in de kelder laten dalen, zonder dat Er worden verschillende soorten materialen gebruikt bij bodemisolatie:

• EPS isolatie. Dit zijn piepschuimkorrels waar een laag van ongeveer 20 tot 30 cm wordt aangelegd. De parels, korrels of vlokken kunnen de ruimte ingespoten worden, hierdoor hoeft men niet zelf de kruipruimte in en kan het ook in een lage kruipruimte toegepast worden.
• Schelpen, het gebruik van schelpen als isolatiemateriaal wordt al eeuwen toegepast. Ze hebben zowel een vocht absorberend vermogen als thermische isolatie-eigenschappen. Het nadeel van schelpen is dat ze hun werking verliezen als ze onder water komen te staan, in tegenstelling tot piepschuimisolatie dat op het water zal drijven.
• Vochtwerend bodemfolie. Het voorkomt dat vocht uit de bodem in de kruipruimte kan komen. Hierdoor wordt de luchtvochtigheid in de kruipruimte lager, zonder dat het een isolerende werking heeft.

Met vloerisolatie behaalt u over het algemeen het hoogste rendement. De minimale hoogte die uw kruipruimte nodig heeft om te kunnen isoleren is 50 cm bij een betonnen vloer en 35 cm bij een houten vloer. Is uw kruipruimte lager dan dit? Dan is vloerisolatie helaas uw enige optie. Maar, als uw kruipruimte hoog genoeg is zijn er verschillende opties:

• Glaswolrollen of -platen: Glaswol is een goedkope manier om uw vloer te isoleren, let hierbij wel op dat glaswol droog moeten blijven om hun isolerende werking te behouden. Als de kruipruimte erg vochtig is, of als er soms water in staat, kun je door middel van bodemfolie het isolatiemateriaal drooghouden.
• Steenwolrollen of -platen: Steenwol is over het algemeen duurder dan glaswol, daarnaast zijn er nog andere verschillen tussen glaswol en steenwol. Ook voor glaswol geldt dat het zijn isolerende werking verliest als het nat of vochtig wordt.
• PIR platen: Dit zijn platen met een hoge isolatiewaarde die aangebracht kunnen worden op zowel hout als beton. Het nadeel hiervan is dat de doorgang van de kruipruimte breed genoeg moet zijn om de platen naar binnen te kunnen brengen, doordat de platen niet te vervormen zijn.
• PUR-schuim: Polyurethaan ontstaat uit verschillende componenten die tegelijkertijd worden opgespoten waarbij een chemische reactie ontstaat, het eindproduct hiervan is polyurethaanschium (PUR-schuim). Het voordeel van PUR-schuim is dat het naadloos werkt en ook op moeilijk bereikbare plekken kan isoleren. Doordat PUR-schuim een giftige stof is, waar bij het opspuiten ervan chemicaliën vrijkomen in de lucht, is het aan te raden om het uitvoeren hiervan door een professional uit te laten voeren. Zo weet je zeker dat het goed en veilig aangebracht wordt. Het nadeel hiervan is natuurlijk de kosten hierdoor flink oplopen.
• Isolatiefolie: Met isolatiefolie kan een hoge isolatiewaarde behaald worden. Het voordeel is dat het weinig ruimte inneemt en heel flexibel materiaal is, waardoor het gemakkelijk te verwerken is in de kruipruimte.
• Thermokussens: hiervan bestaan twee varianten. Het ene is een dun folie dat in meerdere lagen wordt aangebracht tegen de vloer, de stilstaande lucht tussen de verschillende lagen zorgt voor thermische isolatie. De tweede varianten is een folie waar kussentjes in aangebracht zijn.

Voordat je de definitie keuze maakt voor welk isolatiemateriaal u gaat gebruiken, zijn er nog een aantal punten die je mee moet nemen in de overweging:

• Bevindt er zich ongedierte (met name knaagdieren, zoals muizen en ratten) in de kruipruimte? Dan is belangrijk om eerst dit probleem te verhelpen. Het ongedierte zal anders aan het isolatiemateriaal gaan knagen waardoor de isolatiewaarde afneemt. Vooral bij kwetsbaardere isolatiematerialen als folies zal dit snel een probleem vormen.
• Staat de kruipruimte onder water? Ten eerste zal het aanbrengen van vloerisolatie erg lastig worden als de kruipruimte onder water staat. Daarnaast dient er dan een folie na het isoleren geplaatst te worden tegen de isolatie zodat daar geen vocht in kan trekken.
• Is er veel leidingwerk in de kruipruimte? Als er zich veel leidingwerk in de kruipruimte bevindt, vooral als dit tegen de vloer aan zit, zal het isolatiemateriaal als thermokussens en isolatieplaten moeilijker te verwerken zijn.